MET DE FIETS TUSSEN DE BOMMEN
DE TEERLING IS GEWORPEN
Bij de planning van het offensief op de Antwerpse forten heeft generaal Von Beseler alvast zijn lesje geleerd. Hij zal de forten niet zomaar bestormen. Op 4 september had hij de forten Liezele en Breendonk aangevallen, zonder ondersteuning van de Duitse artillerie. Het werd een bloedbad. Von Beseler besluit om de forten dit keer dagenlang vanop grote afstand te beschieten. Onder dekking van kanonnen zullen de Duitse troepen daarna een doorbraak forceren in het zuidoosten van de fortengordel. Daar liggen de forten van Walem, Sint-Katelijne-Waver, Koningshooikt en Lier.
28 SEPTEMBER. DE BESCHIETING VAN DE FORTEN BEGINT
De ingezette kanonnen zijn niet van de minste. Neem nu Dikke Bertha. Over een afstand van meer dan tien kilometer vuurt dat kanon een projectiel vol explosieven van meer dan 800 kilogram af. Bertha moet op een stevige betonnen plaat staan, anders zou het kanon zichzelf door de terugslag enkele meters de grond inboren.
Walem en Sint-Katelijne-Waver liggen onder vuur. Op de 7 minuten volgt een daverende inslag van een projectiel, afgevuurd door dikke Bertha. De Duitse artillerie is opgesteld op een veilige afstand. De Belgische artillerie, die een veel kleiner bereik heeft, kan niet terugslaan. Ook de communicatie met de legerleiding in Antwerpen en tussen de forten onderling verloopt alles behalve vlot. Soms moet een soldaat op de fiets de berichten tussen de verschillende bevelhebbers en posities rondbrengen.